Hoofdstuk 92.

Seksueel misbruik

binnen het huwelijk

Hij begon haar weer te strelen, eerst nog met zijn gedachten bij hun gesprek, maar toen haar lichaam begon te reageren, ze zich tegen hem aan nestelde, voelde hij de pijn van die andere wond, dat hij niet eens wist hoe zij hun lichamelijke relatie ervaarde. Het leek alsof ze nu veiligheid zocht. Hij besloot niets af te dwingen, bekende voor zichzelf dat hij dat eigenlijk altijd wel gedaan had.

Er schoot hem ineens iets te binnen: “O Elly, er is nog iets, dat komt ook uit mijn christelijke opvoeding. Over vrijen en zo… Er staat iets in één van de brieven van Paulus, dat je het elkaar niet mag onthouden, behalve met onderling goedvinden, om je te wijden aan het gebed. Nou, ik geloof niet meer, en bidden hebben we in ons huwelijk nog nooit gedaan, maar die eerste woorden, het elkaar niet onthouden, zijn in mijn systeem gekomen als een overtuiging dat vrijen een verplicht nummer is, en dat ik daar recht op heb. Dat ik als man er recht op heb dat ik met jou, mijn vrouw, mag vrijen wanneer ik dat wil. Dat staat er niet letterlijk, maar de kerk heeft die tekst, in combinatie met het bevel kinderen te verwekken, de taak van de man dus, misbruikt om de man een vrijbrief te geven zijn vrouw te gebruiken. Het is de plicht van de man… En daardoor is het iets van mij geworden. Even heel plat gezegd, ik gebruikte jou alleen maar om klaar te komen en onze kinderen te verwekken!

Verdikkeme!” schreeuwde hij ineens uit. “Dit is te erg voor woorden! Is dat nou liefde? Ik heb je genomen als een gebruiksvoorwerp om mijn lichamelijke verlangens te bevredigen. Zelfbevrediging maar dan anders. Zelfbevrediging in jouw lichaam in plaats van in mijn handen. Ik verafschuw het!”

Tot Elly’s schrik begon hij heftig hard te huilen. Zo had ze Martin nog nooit meegemaakt. Hij schreeuwde boos over zijn eigen gedrag, terwijl hij huilde, totdat het overging in een intens verdrietig huilen. Elly handelde instinctief, streelde zijn haren, zijn rug, veegde met haar andere hand de tranen van zijn wangen, waarna de volgende stroom hun plaats direct weer innam.

Snikkend deelde hij zijn gevoel van wanhoop dat naar boven kwam: “Ik heb jou kapot gemaakt Elly, ik heb het nooit gewild, maar ik heb jou kapot gemaakt! Ik heb jou nooit gegeven wat je nodig had! Ik was er niet voor jou… ik was er niet voor jou! Ik… ik… oh, wat is dit afschuwelijk!”

Elly bleef hem strelen. Toen hij rustiger werd, antwoordde ze: “We staan nu op een kruispunt Martin, en we hebben gekozen om die andere weg te gaan. Samen te gaan, om elkaar te zoeken. En daar heb je zo’n goed begin mee gemaakt… dank je wel lieverd.”

Ze nam zijn gezicht in haar beide handen en kuste zijn natte wangen: “Het gaat goed komen Martin, echt waar. Als je het goed vindt, wil ik er graag met Annerieke over praten, haar vragen stellen, hoe we dichter bij elkaar kunnen komen. Ik denk dat ze ons wel zou kunnen helpen, denk je ook niet?”

Martin snoot zijn neus luidruchtig voor hij antwoord gaf. “Ik vind dat wel sneaky, om haar erbij te betrekken.”

“Lieverd, het is niet om de vuile was buiten te hangen hoor, het is om ons verlangen naar verandering met haar te delen. Voelt dat beter?”

Hij schoot, beverig van zijn huilbui, in de lach: “Jij leert snel, en ja, het voelt beter, doe het maar. Ik zal proberen mezelf niet als vuile was besproken te voelen.”

Nu was het Elly’s beurt om in de lach te schieten. “Als die gevoelens er zijn, zal daar wel een reden voor zijn. Heeft dat niet alles met schuldgevoelens te maken?”

“Ja, inderdaad. Dat hele geloof is zo’n beetje gebaseerd op schuldgevoelens, en ons land is zo christelijk als de paus geweest, dus onze maatschappij is doordrenkt met denken in goed en fout, en met de bijpassende schuldgevoelens en schaamte… en slavernij, ja, slavernij net zo goed, kijk maar in de geschiedenis, slavernij in het groot, vaak opgeroepen door de kerkelijke leiders. En kijk maar naar ons huwelijk, slavernij in het klein.”

“Je zou dus kunnen zeggen, dat het hele zooitje niet jouw en mijn schuld is, maar de schuld van dat geloof, en van al die mensen vóór ons die daar zo in verstrikt geraakt zijn, dat zij er uit zijn gaan leven, of ze nou christen waren of niet. Het zit in mijn familie namelijk precies eender, terwijl ze helemaal niet christelijk zijn. Het lijkt dus echt door de hele maatschappij heen te zitten, afschuwelijk!”

“Ja,” knikte Martin, “het klopt helemaal… Praat er morgen maar met Annerieke over, dat lijkt me toch wel een goed idee. Ik hoor daarna graag van je hoe ze reageerde, of ze misschien tips heeft of zo.”

Of naar de Inhoudsopgave

Maak jouw eigen website met JouwWeb