Voor de lunch liepen de beide jonge stellen weer samen op. In de keuken begroetten ze Marieke. De sfeer was meteen gemoedelijk, gezellig, alsof Marieke een oude bekende was.

Tijdens het eten legde Marieke uit wat haar plannen waren. Ze stelde vragen en maakte notities van sommige antwoorden.

“En voor mij de belangrijkste vraag aan jou, Simon: ken jij je werknemers goed genoeg om er zeker van te zijn dat je ze kunt vertrouwen?”

Simon dacht even na, voordat hij nauwkeurig antwoordde: “Voor zover ik het kan overzien kan ik ze stuk voor stuk vertrouwen. In hoeverre ze om te kopen zijn, daar heb ik geen idee van, maar ik beloof je dat ik hen in de gaten zal houden en als ik maar ergens over twijfel, zal ik actie ondernemen, en jou op de hoogte brengen. En als je tips voor me hebt, dan hou ik me aanbevolen!”

Marieke glimlachte naar hem: “Dat klinkt goed. Als je over iemand begint te twijfelen, overleg dan niet met hem of met de beveiligers, maar direct met mij. Anders loop je het risico dat de bewuste werknemer argwaan krijgt. Andersom zal ik, en dat geldt naar jullie allemaal, ook meteen contact opnemen als ik vragen heb, of twijfels. Hebben jullie voor dit moment nog vragen?”

Rustig keek ze de kring rond. Iedereen beantwoordde haar vraag met een licht nee schuddend hoofd. Marieke pakte haar mobiel, omdat ze gevoeld had dat ze een berichtje kreeg. Ze kleurde toen ze het las, en stopte toen haar mobiel weer in haar broekzak.

“Er kwam een berichtje van Ellen, je advocate,” richtte ze zich vooral tot Lisa. “Ze heeft net geluncht met die rechter die ik haar gisteren voorstelde. Hij heeft goed gereageerd, voelt mee en denkt mee. Ook hij had de laatste tijd veel gelezen over seksueel misbruik en satanische rituelen. Vast niet toevallig! Hij laat het haar en jou weten als hij weet of hij jouw zaak mag gaan doen. Hij lijkt er in elk geval op dat hij er graag mee aan de slag zou gaan!”

“Het zou fijn zijn als hij het mag doen,” zei Lisa, “door wat jullie verteld hebben, heb ik een goed gevoel over hem.”

“En ik denk dat dat helemaal terecht is. Zoals ik hem tijdens onze studie heb leren kennen, is hij iemand die echt het beste wil, die echt recht wil spreken, en daarin ook zijn hart volgt. Beter kun je het niet hebben!”

Naar hoofdstuk 181. Samenspel

Of naar de Inhoudsopgave