Hoofdstuk 127.

Het branden van je ziel

Huib en Margreet hadden zich die ochtend met de schilderattributen in de kinderkamer geïnstalleerd. Ze hadden allebei oude kleren aan gedaan, kleren die vies van de verfspetters mochten worden.

“Fijn dat je alles al geschuurd hebt,” zei Margreet, “dan kunnen we meteen met schilderen beginnen. Wat is het toch een mooi kleurtje, zo zacht! Lieverd, ik ben er echt bij mee, en ik heb zin om te beginnen…”

Huib glimlachte, terwijl hij keek hoe ze met een grote schroevendraaier een blik opende en haar verfkwast erin doopte.

“Wacht even,” waarschuwde hij, “roer het eerst even goed door met deze spatel, dan weet je zeker dat je het hele blik door dezelfde kleur hebt.”

Ze knikte en deed wat hij had aangegeven. “Hmm, het scheelt niet veel, maar je kunt wel zien dat er iets kleurverschil in zat. Bedankt voor de tip Huib!”

“Graag gedaan,” zei Huib glimlachend, terwijl hij het deksel van zijn eigen blik af wipte. “Mag ik die spatel even? Dan roer ik mijn pot ook nog even door.”

Margreet veegde haar spatel af aan het blik en gaf hem aan Huib. Daarna deed ze haar kwast weer in de verf en roerde nog even door de bovenlaag.

“Nou, daar gaan we dan!” Ze ging staan en begon het raamkozijn te voorzien van een prachtig, heel licht lila laagje. Ze nam even afstand om het te bekijken: “Ik weet niet hoe het er uit zal zien als het opgedroogd is, maar op dit moment is het prachtig!” Ze schilderde rustig en met plezier verder.

Ook Huib genoot van het werk. Hij zag de deurpost opknappen. Na de deurpost wilde hij met de deur zelf beginnen. Hij had er een roller voor gekocht en zo’n kunststof verfbak, waarin hij wat verf goot. Hij rolde de roller er een paar keer doorheen en begon de deur te schilderen.

Margreet keek om en vroeg: “Huib, moet je die deur niet plat leggen? Om druipen te voorkomen?”

Huib bromde: “Dat zeggen sommige mensen ja, ik heb dat wel vaker gehoord. Maar als ik de verf goed uitrol, zou het niet moeten gaan druipen. Als ik er te veel verf op doe natuurlijk wel. Klinkt misschien eigenwijs, maar dat is wat ik van binnen voel, dat het gewoon zo moet kunnen.”

Margreet verwonderde zich er over hoe zelfverzekerd hij was. Ze was dat zelf niet altijd van haar eigen indrukken, als ze wist dat andere mensen iets anders beweerden. Maar ze begreep dat hij zijn binnenste volgde en daardoor wist wat hij deed. Om eerlijk te zijn, was ze wel heel benieuwd hoe het er morgen uit zou zien! Ze draaide zich terug naar haar eigen werk, precies op het moment dat Sjaak piano begon te spelen. Doordat ze het raam open hadden gezet, kon ze zijn spel goed horen. Met haar kwast stil in haar hand bleef ze even staan luisteren.

“Hoor je dat Huib?” fluisterde ze ademloos, “zoveel boosheid! Sjaak die zo boos is, wat zou er aan de hand zijn?”

“Weet ik niet, ik weet alleen dat ze vanmorgen naar het huis waar Lisa gewoond heeft, zouden gaan om spullen op te halen. Ik vermoed dat het flink confronterend geweest is. Goh, ik heb met die man te doen, hij uit zich niet zo snel, dus als het er nu zo met bakken tegelijk uit komt, moet het wel heftig zijn.”

“Ja, heftig is het zeker, dat voel ik, maar ook ontzettend mooi. Als je toch zo muziek kunt maken… het maakt me bijna jaloers, verlangend jaloers…”

Margreet ging verder met schilderen, ondertussen luisterend naar Sjaaks pianospel. Het raakte haar, het roerde in haar binnenste. Ze voelde een bal van emoties in haar buik groeien en de tranen sprongen in haar ogen.

“Het is alsof ik in mijn eigen pijn geraakt word,” fluisterde ze, terwijl ze weer even met schilderen stopte. Ze knipperde met haar ogen en schilderde weer verder.

“Ik denk dat je eigen boosheid, die je waarschijnlijk altijd vakkundig weggeduwd hebt, door het pianospel van Sjaak aangeraakt wordt. Via zijn muziek brandt hij naar jou. Zo noemde pa dat altijd, branden. Dan stroomt er kracht en licht en energie van zijn ziel naar jouw ziel, om jouw ziel te helpen met genezen. Ik heb in het verleden veel muziek geluisterd van mensen die vanuit hun ziel, vanuit hun hart speelden en zongen. Dat heeft me zo vaak geraakt, soms stroomden de tranen over mijn wangen. Ik heb gevoeld hoe pijn uit mijn leven oploste, verdween, hoe ik genas.

Hoe het precies zit, weet ik nog steeds niet, maar ik denk dat onze ziel ook in vorige eeuwen in een lichaam gewoond heeft, en dat onze ziel daardoor steeds verder verwond geraakt is. Ik begreep het als puber nooit. Ik was in zo’n geweldig gezin opgegroeid, een gezin waarin ik helemaal kon worden wie ik was. Waarom werd ik dan nog met zoveel pijn geconfronteerd? Waar kwam dat vandaan? Mijn vader kwam met dat idee van wat ze reïncarnatie noemen, dat we dus al vaker geleefd hebben. Daardoor kon ik het beter begrijpen.

En toen legde hij me ook nog iets anders uit, namelijk dat als ik dingen hoorde, zag of voelde, dingen van andere mensen, andere gebieden, andere situaties, dat ik daar ook emotioneel van kon worden. En dat ik door de connectie die ik dan met die persoon of met die situatie had, ook daar naar brandde.”

Huib wachtte even, probeerde te voelen of hij de vraag die in hem opkwam, nu al aan Margreet kon vragen, of ze daar al klaar voor was. Hij had de indruk van wel en vroeg het haar: “Margreet, heb jij wel eens een verlangen gehad om mensen te helpen met hun emotionele genezing?”

Margreet antwoordde terwijl ze verder ging met schilderen: “Jazeker, ik heb altijd een verlangen gehad dat mensen zouden opknappen, lichamelijk, psychisch, noem het maar. Ik zag dat mensen nauwelijks echt leefden, en ik kreeg dat zelf ook nauwelijks voor elkaar. Dat frustreerde me, ik wist dat er meer moest zijn en ik verlangde daarnaar, voor mezelf en voor anderen. Maar hoe?

En toen kwam ik hier, maakte kennis met jullie, en ontdekte dat jullie er op de één of andere manier middenin stonden, mee bezig waren. En ik maakte kennis met Lisa, ik zag en voelde haar verwonding, en verlangde er naar om er voor haar te kunnen zijn, haar te helpen, maar ja, frustrerend genoeg zou ze na die week vakantie weer naar huis gaan. Gelukkig is dat anders gelopen, maar ik heb vooral door haar gevoeld hoe ik er naar verlang om mensen te genezen, vooral emotioneel, en ook lichamelijk… ik denk trouwens dat dat lichamelijke op z’n minst voor een deel vanzelf mee geneest. Veel lichamelijke klachten komen immers door emotionele bullshit? Dus als die shit geneest, zou het lichaam mee moeten genezen. Denk ik…”

“Hmm heldere gedachtegang! Maar je hebt dus hetzelfde verlangen als ik, en als Annerieke en Sjaak. En ik verwacht eigenlijk dat Lisa dat ook heeft. In elk geval viel het me al op dat zij die spullen die Henk bij haar gebruikte, wilde vernietigen om te voorkomen dat andere vrouwen er door mishandeld zouden worden. Dat lijkt al in die richting te wijzen van een verlangen om mensen te helpen herstellen.”

Hij was even stil, terwijl zijn roller doorging op de deur. Margreet gebruikte dat moment om de vraag te stellen die haar al een tijdje bezig hield: “Maar hoe dan? Hoe kan ik dan mensen helpen genezen? Jij hebt het over branden, over kracht en licht en zo. Dat zou dan uit mijn ziel naar een ander moeten gaan. Maar hoe moet ik dat doen?”

“Je hoeft niets te doen, je hoeft alleen maar te leven. Hoe verder jij zelf emotioneel geneest, hoe sterker jouw ziel zijn kracht naar een ander doorgeeft. Dat gaat automatisch, het hoort gewoon bij het wezen van je ziel. Dus je hoeft niets te zeggen of te doen, behalve als je een duidelijke indruk krijgt.

Weet je wanneer dat branden ook sterk werkt? Als je doet wat bij jou past. Handwerken past bij jou, dus als jij daarmee bezig bent, brandt jouw ziel als een tierelier. En als jij dat vest waar je de laatste tijd mee bezig bent, gaat dragen, dan werkt dat vest daarin mee. Je brandt via dat vest of zo. Het klinkt gek, vind ik zelf, maar zo voel ik het. Waar je je tijd in stopt, je aandacht aan geeft, dat helpt mee. En nee, ik begrijp het niet allemaal, maar dit is hoe ik het voel. Ik zou het niet wetenschappelijk kunnen bewijzen of uitleggen.”

“Hoeft ook niet,” antwoordde Margreet, “ik voel dat het klopt. En dat is best bijzonder, want het past absoluut niet in wat ik altijd geleerd heb.”

Huib schoot in de lach: “Dat is zeker bijzonder! Zo gaaf dat je zo je ziel leert verstaan en aanvoelen!”

Margreet zuchtte diep: “Ja, zeker mooi, ik voel dat ik steeds meer van mezelf begin te ontdekken en meer begin te leven! De dingen beginnen steeds meer te kloppen, mijn leven begint te kloppen!”

Ze straalde toen ze naar hem omkeek. Huib legde zijn roller even in de verfbak en liep naar haar toe. “Heb ik vandaag al gezegd dat ik zo ongelofelijk veel van jou houd?”

“Nee, dat heb je nog niet gedaan! Vandaar dat ik me vandaag niet op en top voel!” reageerde Margreet quasi-triest.

Toen schoten ze allebei in de lach.

“Je bent geweldig!” zei Huib, terwijl hij haar knuffelde. “Maar ik ga nu snel terug naar mijn verfroller, anders krijg ik een raar resultaat daar.”

Even werkten ze in stilte verder. Toen herinnerde Huib zich een gebeurtenis van kort geleden. Al schilderend vroeg hij Margreet ernaar: “Weet je nog dat we samen jouw foto’s van vroeger zaten te bekijken? Voelde dat voor jou heel verschrikkelijk? Verschrikkelijk moeilijk? Pijnlijk? Of verdrietig?”

“Het was niet prettig, maar het viel me mee. Hoezo?”

“Ik herinner me, dat ik naast je zat, en dat ik voelde hoe mijn lichaam begon te tintelen, vooral mijn benen. En in mijn buik kreeg ik soms pijnscheuten. Ik had dit vroeger wel vaker, maar het was de laatste maanden weg geweest. Ik denk door het ongeluk van Erik, dat ik daar eerst zelf herstel voor nodig had. Maar tijdens het foto’s kijken was het er weer, ik herkende het als branden. Ik was op dat moment naar jou aan het branden. Het resultaat was dus, dat jij makkelijker door die moeilijke herinneringen heen kon.

En Sjaak vertelde iets soortgelijks. Toen Lisa zo triest viool speelde, had hij op de bank liggen luisteren. De tranen hadden over zijn wangen gestroomd en hij had ook het branden gevoeld.

Branden voelt niet bij iedereen en niet in elke situatie hetzelfde, maar je zult het bij jezelf ook gaan herkennen. Het gebeurde trouwens gisteren ook, toen met Martin en George in de keuken, toen we allemaal het nieuws van die zelfmoord van Henk verwerkten. Toen heb ik het ook gevoeld. En ik vermoed dat Sjaak en Annerieke het ook gemerkt hebben.

Greetje, het maakt me zo blij! We doen wat bij ons past, we doen waar we van genieten, en zonder dat we iets bijzonders lijken te doen, helpen we elkaar en anderen om emotioneel te genezen! Hoe gaaf is dat? Mensen komen hier op vakantie en krijgen er een stuk herstel bij! Gratis en voor niets!”

Margreet schoot in de lach om hoe hij het zei: “Ja, gratis en voor niets! Maar wat mooi Huib, het geeft me zoveel moed, en passie om door te gaan, ook door mijn eigen proces heen!”

Toen Margreet klaar was met de raamkozijnen, ruimde ze haar eigen spullen op, maakte de kwast goed schoon en zette hem in een pot te drogen. Ze keek nog even hoe Huib de laatste hand legde aan de tweede kant van de deur. De zijkanten had hij tussendoor al met een kwast gedaan, en het resultaat was verbluffend.

“Morgen komt Elly de muur schilderen, maar hoe weet ze dan waar de commode komt te staan? Ik bedoel… daar moet haar schilderwerk niet achter verdwijnen!” vroeg Margreet.

“Je hebt helemaal gelijk deerne, ik had eerst gedacht om de commode er vast neer te zetten. Ik denk namelijk dat er verder geen versieringen op komen en hij dus eigenlijk klaar is. Maar dan staat hij wel in de weg als Elly daar gaat schilderen. Ik denk maar even hardop… Als we de commode daar neer zetten, dan kan ik met een potlood even ruim er omheen wat streepjes zetten, zodat ze weet dat ze die ruimte niet kan gebruiken. En dan zetten we de commode daarna bij de andere muur. Dan heeft Elly alle ruimte, en kan ze ook zien waar ze wel en niet kan schilderen. Lijkt je dat wat?”

“Klinkt perfect! En ik denk dat het goed is dat je de commode niet verder versiert. Ik voelde even teleurstelling toen je het zei, maar toen kreeg ik de gedachte dat het beter was, zodat de schildering van Elly beter tot z’n recht komt. Ik denk ook, dat we de spullen die op de commode komen, eenvoudig moeten houden, zodat het niet al te veel afleidt van haar vogels en vlinders. Oh Huib, het gaat zo speciaal worden!”

Huib strekte zijn rug: “Zo, klaar is die deur! En ja, het gaat zeker speciaal worden. Welke baby zou hier niet verschoond willen worden?” Hij grijnsde en pakte zijn spullen om ze schoon te maken en op te ruimen.

Samen trokken ze voorzicht het afplaktape van de muren en ramen af en bekeken het resultaat.

“Dik tevreden, jij dan?” vroeg Huib.

Margreet zei niets, maar aan haar enthousiaste knikken zag hij haar antwoord.

Of naar de Inhoudsopgave